EconomieFiqhIslamitische wetenschappenUncategorized

Het Goddelijk Oordeel betreffende: Intellectueel eigendomsrecht (Hoeqoeq al moelkiyya al fikriyya)

Intellectueel eigendom gaat over de voortbrengselen van het menselijk brein, oftewel ideeën. Soms zijn de ideeën verborgen en hebben ze geen tastbare realiteit. Dit is wanneer het idee zich enkel nog in het hoofd van de bedenker bevind. Soms ook zijn deze ideeën openbaar zonder een tastbare realiteit te hebben. Dit is wanneer het idee bekend is gemaakt middels een lezing. En soms ook zijn deze ideeën openbaar meteen tastbare realiteit. Dit is wanneer het idee is opgeschreven in een boek, of tot een film is gemaakt, of praktisch is uitgewerkt tot een product zoals een telefoon of auto.
Wanneer het gaat over intellectueel eigendomsrecht dan gaat het eigenlijk over de vraag welke rechten de bedenker van een idee heeft.

Wanneer een idee niet bekend is gemaakt dan bestaat het enkel en alleen in het hoofd van de bedenker. In dit geval is het onmogelijk dat een andere persoon gebruik maakt van dit idee want hiervoor moet de bedenker het idee eerst bekend maken.En in dit geval speelt de kwestie “welke rechten heeft de bedenker van een idee?” dus niet.

Wanneer het idee bekend is gemaakt zonder het een tastbare realiteit te geven, oftewel wanneer het bekend is gemaakt middels een lezing of een gesprek, dan kan een andere persoon dit idee gebruiken en wel op twee manieren. Hij kan het idee verder verspreiden, waarbij hij de keuze heeft om aan te geven van wie het idee afkomstig is maar hij kan ook beweren dat het idee van hemzelf afkomstig is. Hij kan het idee ook gebruiken door het een tastbare realiteit tegeven, oftewel door het te gebruiken in een boek, film of product. Ook hierbij kan hij aangeven van wie het idee echt afkomstig is, maar hij kan ook beweren dat het idee van hemzelf afkomstig is. En in dit geval speelt de kwestie “welke rechten heeft de bedenker van een idee?” dus wel.

Wanneer het idee bekend is gemaakt doordat het een tastbare realiteit gegeven is, dan is het gebruikt in een boek, film, of product. In dit geval kan een andere persoon het idee leren kennen door de tastbare realiteit te onderzoeken. Dus door het boek te lezen of de film te kijken, of door het product uit elkaar te halen om te onderzoeken hoe het precies in elkaar zit. En dan kan hij het idee verder verspreiden of gebruiken in andere boeken, films of gebruiksgoederen. En hierbij kan hij aangeven van wie het idee echt afkomstig is, maar hij kan ook beweren dat het idee van hemzelf afkomstig is. Ook in dit geval speelt de kwestie “welke rechten heeft de bedenker van een idee?” dus.

Wanneer het idee bekend is gemaakt doordat het een tastbare realiteit gegeven is, dan kan een andere persoon deze tastbare realiteit ook namaken zoals deze is. Hij kan het boek of de film copiëren, of het product namaken. Ook hierbij kan hij aangeven van wie het idee en de oorspronkelijke tastbare realiteit echt afkomstig zijn, maar hij kan ook beweren dat beiden van hemzelf afkomstig zijn. Ook in dit geval speelt de kwestie “welke rechten heeft de bedenker van een idee?” dus.

Al deze bovenstaande theoritische mogelijkheden kunnen in de praktijk op de volgende manieren waargenomen worden:

Ten eerste, mensen leren een idee kennen door een gesprek, of een lezing, of een boek, of door onderzoek naar een tastbare realiteit; en vervolgens vertellen ze dit idee verder waarbij ze aangeven dat ze het idee geleerd hebben en van wie precies.Dit vindt veel plaats in de wetenschappelijke wereld, waar mensen boeken schrijven en dan middels voetnoten aangeven waar ze hun ideeën vandaan hebben als ze deze ideeën niet zelf bedacht hebben. En in dit geval geldt vanuit het perspectief van Islam het volgende.

Als iemand een idee of kennis heeft ontwikkeld, maar deze heeft opgeslagen in zijn geheugen of persoonlijke geschriften en dus niet bekend heeft gemaakt, dan is dit idee of deze kennis zijn private bezit. Deze persoon is door Islam vrijgelaten in de keuze om zijn bekend te maken of niet, en als hij dit bekend maakt dan rest hem de keuze om dit in ruil voor een vergoeding bekend te maken of niet. Maar, als hij eenmaal zijn kennis bekend heeft gemaakt, dan is deze kennis bezit geworden van de mensen aan wie hij deze kennis bekend heeft gemaakt. En Islam heeft hem niet het recht gegeven om anderen voor te mogen schrijven hoe zij de kennis mogen gebruiken. Dit is een fundamenteel principe in Islam, het bewijs waarvoor de volgende overlevering is:”Boeraira kwam bij mij (‘Aiesja) en zei: ‘Ik heb een contract gemaakt met mijn eigenaren over mijn vrijstelling, voor negen oeqiya goud, te betalen in jaarlijkse termijnen. Ik zoek daarom uw hulp’. ‘Aiesja zei: ‘Als jouw eigenaren hiermee akkoord gaan dan betaal ik dit bedrag in één keer, en dan laat ik je vrij op voorwaarde dat je loyaliteit voor mij zal zijn’. Boeraira ging toen naar haar eigenaren maar zij weigerden dit aanbod. Ze kwam terug bij ‘Aiesja en zei: ‘Ik heb hen het aanbod voorgesteld maar ze weigerden, tenzij de loyaliteit voor hen blijft’. ‘Aiesja vertelde dit tegen de Profeet (saw) die zei: ‘Doe het’, dus ze deed het. De Profeet (saw) stond toen op om de mensen een toespraak te geven waarin hij (saw) Allah (swt) verheerlijkte en prees, en zei: ‘Wat is er met de mensen die voorwaardes opleggen die niet aanwezig zijn in het Boek van Allah (swt)? Dus, iedere voorwaarde die niet aanwezig is in het boek van Allah (swt) is ongeldig zelfs al waren zij honderd voorwaardes. De verordening van Allah (swt) is het meer waard (om nageleefd te worden), en de voorwaarden van Allah (swt) zijn sterker. Voorwaar, de loyaliteit is voordegene die vrijzet’.” (Boechari).

Deze hadith zet uiteen dat een koper het recht heeft om het door hem gekochte te gebruiken zoals hij wil, binnen de grenzen gesteld door Allah (swt); en dat een verkoper niet het recht heeft om een koper voor te schrijven hoe hij hetg ekochte wel of niet mag gebruiken. Dus als een idee of kennis eenmaal bekend is gemaakt, dan mogen degenen die het idee of de kennis ontvangen hebben dit gebruiken zoals zij willen. Want dit idee of deze kennis is nu hun private bezit geworden, zoals het gekocht privaat bezit is gworden van de koper door de koop. En degene die het idee bekend heeft gemaakt heeft daarom geen recht om voor te schrijven hoe de ontvangers van dit idee hun bezit mogen gebruiken. Daarom is het verder verspreiden van ontvangen kennis toegestaan door Islam.

Ten tweede, mensen leren een idee kennen door een gesprek, of een lezing, of een boek, of door onderzoek naar een tastbare realiteit; en vervolgens vertellen ze dit idee verder zonder aan te geven dat ze het idee geleerd hebben en dus door te beweren dat het hun eigen idee idee is. Wanneer dit gebeurd in de wetenschappelijke wereld dan noemt men dit “plagiaat”. Plagiaat is feitelijkeen vorm van liegen. Men zegt dan een bepaald idee of een bepaalde kennis ontdekt te hebben, terwijl in werkelijkheid iemand anders dit ontdekt heeft. Dit is door Islam verboden omdat Allah (swt) het liegen heeft verboden:

“Voorzeker, Allahleidt hem die buitensporig en een grote leugenaar is, niet.” (Zie de vertaling van de betekenissen van de Koran, soera Al Moe’umin 40, vers 28)

En toen de Boodschapper van Allah (saw) werd gevraagd: “Kan de moe’umin een leugenaar zijn?”. Zei hij (saw): “Nee”. (Malik’s Moewatta). Dus het verder verspreiden van ontvangen kennis is toegestaan door Islam maar dit behoort te gebeuren onder verwijzing naar degene van wie de kennis afkomstig is.

Ten derde, mensen copiëren een tastbare realiteit en daarmee een idee. Dit vindt veel plaats in het bereik van boeken, CD’s en DVD’s. Hier geldt dezelfde fundamentele regel dat de verkoper niet het recht heeft om de koper voor te schrijven hoe hij het gekochte wel of niet mag gebruiken.Dus de koper mag doen en laten met hetgeen hij gekocht heeft, binnen de grenzen gesteld door Allah (swt). Als de koper dus iemand anders toestaat om het door hem gekochte te copiëren, dan is dat zijn recht. Want het gekochte is zijn bezit.

Voor wat betreft de fatwa die men soms op CD’s of DVD’s aantreft en die zegt: “Het is niet toegestaan om programmas te copiëren, behalve als hiervoor toestemming is gegeven, omdat de Boodschapper van Allah (saw) heeft gezegd: ‘De moslims zijn gebonden door hun afspraken’ ”, deze fatwa is incorrect. De Boodschappervan Allah (saw) heeft namelijk gezegd: “De moslims zijn gebonden door hun afspraken, behalve afspraken die de halal verbieden of de haraam toestaan” (At Tirmidhi). En het is halal voor een koper om het door hem gekochte te copiëren. Een afspraak tussen koper en verkoper kan dit dus niet haraam maken.

Voor wat betreft de fatwa die men soms op CD’s of DVD’s aantreft en die zegt: “Het is niet toegestaan om programmas te copiëren, behalve als hiervoor toestemming is gegeven, omdat de Boodschapper van Allah (saw) heeft gezegd: ‘Het is niet toegestaan om de rijkdom van een moslim te nemen zonder zijn toestemming’ (Ahmed)”, ook deze fatwa is incorrect. Deze hadith gaat over het nemen van het eigendom van andere moslims. Waar het hier over gaat is niet het eigendom van een ander maar het gekochte dat het eigendom van de koper zelf is. De CD of DVD gekocht door de koper is van de koper en niet van iemand anders, dus deze hadith is niet van toepassing op de kwestie.

Voor wat betreft de fatwa die men soms op CD’s of DVD’s aantreft en die zegt: “Het is niet toegestaan om programmas te copiëren, behalve als hiervoor toestemming is gegeven, omdat de Boodschapper van Allah (saw) heeft gezegd: ‘Degene die als eerste een toegestaan ding kreeg heeft hier het meeste recht op’ (AboeDawoed)”, ook deze fatwa is incorrect. Deze hadith gaat over het gemeenschappelijk bezit van de moslims, zoals in de hadith: “Mina is een rustplaats voor degene die haar als eerste bereikt” (At Tirmidhi). Oftewel, degene die er een plaats vindt om te rusten mag daar rusten en hij mag niet weggestuurd worden door iemand die later komt. Het gaat in deze kwestie over het privaat bezit van een koper, echter, en daarom is deze hadith niet van toepassing op de kwestie.

Voor wat betreft de CD’s en DVD’s die van de koper eisen dat zij bij Allah (swt) zweren deze niet te zullen copiëren, ook dit is een poging van de verkoper om de koper te beperken in zijn gebruik van het gekochte en dit is zoals aangetoond tegen Islam.

De vraag kan dan misschien komen: “Mag men wel een overeenkomst aangaan met een verkoper, als de verkoper in de overeenkomst afspraken wil opnemen die niet door Islam geaccepteerd worden (faasid)?”. Het antwoord op deze vraag is gegeven door de eerder aangehaalde hadith betreffende ‘Aiesja (ra) en Boeraira . Deze bewijst dat er gekocht mag worden ook als de verkoper een door Islam niet geaccepteerde voorwaarde in de overeenkomst wil opnemen. In deze hadith zegt de Boodschapper van Allah(saw) feitelijk tegen ‘Aiesja (ra): Koop maar met de faasid voorwaarde. Het antwoord op de vraag is derhalve: een moslim mag overeenkomsten afsluiten die een door Islam niet geaccepteerde voorwaarde bevatten, maar eenmaal de koop gedaan is dan moet deze voorwaarde genegeerd worden.

Ten vierde, mensen copiëren een tastbare realiteit en daarmee een idee, om deze copie te verhandelen, waarbij ze aangeven dat het goed een copie van een origineel is. Ook dit vindt veel plaats in het bereik van boeken, CD’s en DVD’s. Men copieert een origineel om deze copiën vervolgens te verkopen. Hiervoor geldt identiek hetzelfde oordeel als voor copiëren met de intentie tot gebruik. Er is echter één voorbehoud. Soms worden speciale identificaties aangebracht op een tastbare realiteit om deze tastbare realiteit te kunnen onderscheiden van andere tastbare realiteiten die bijna hetzelfde zijn. Deze speciale identificaties zijn merkindicatoren (trademarks), zoals de “swoosh” van NIKE, de driestrepen van ADIDAS of de appel van APPLE. Deze merkindicatoren zijn in feite een marketinginstrument. Ze stellen een verkoper in staat om zichzelf en zijn producten te onderscheiden van andere verkopers en andere producten. Als zodanig moeten merkindicatoren gezien worden als een product, omdat ze gebruikt worden voor de verhandeling van producten. Dus de “swoosh” van NIKE is een product, en de drie strepen van ADIDAS zijn een product, en de appel van APPLE is ook een product. Deze gelijkstelling van merkindicatoren aan producten heeft als gevolg dat volgens Islam NIKE als ontwikkelaar van de “swoosh” de eigenaaris van de “swoosh”, dat ADIDAS als ontwikkelaar van de drie strepen de eigenaaris van de drie strepen, et cetera. En dit betekent dan weer dat niemand een merkindicator mag gebruiken zonder toestemming van de eigenaar, omdat de Boodschappervan Allah (saw) heeft gezegd: “Het is niet toegestaan om de rijkdom van een moslim te nemen zonder zijn toestemming”. (Al Daaraqoetni). Het copiëren van merkindicatoren is dus niet toegestaan door Islam omdat dit gebruik maken is van het private eigendom van een ander. Degene die een LEVI’S 501 broek gekocht heeft mag daarom de vorm hiervan gebruiken als voorbeeld voor de fabricage van een nieuwe broek. Hij mag op deze nieuwe door hem gefabriceerde broek echter niet de LEVI’S merkindicatoren aanbrengen zonder toestemming van LEVI’S hiervoor.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to top button