FiqhIslamitische wetenschappen

Het Goddelijk Oordeel betreffende: Gehoorzaamheid (Taa’a) tegenover heersers

Aangaande het oordeel over de houding van de moslims tegenover hun heerser, dienen wij rekening te houden met de verschillende realiteiten die heersers kunnen hebben. Zij kunnen goed zijn zoals de Rechtgeleide Khoelafa’a en Islam strict volgen en implementeren. Zij kunnen ook Islam implementeren en hierbij fouten maken en tekortkomingen kennen. Men kan dus op- en aanmerkingen over hen hebben. Veel van de latere Khoelafa’a vallen in deze categorie of zij kunnen Islam in het geheel niet implementeren, zoals de heersers over de moslims vandaag de dag.

Voor wat betreft de heersers die Islam strict volgen en implementeren, daarmee hebben de moslims geen probleem. Voor hen geldt de volgende overlevering: “Een dag onder een rechtvaardige heerser is beter dan zestig jaar ‘ibaadah.” (Bayhaqi, At Tabaraani).

Voor wat betreft de heersers die Islam implementeren en hierbij fouten maken of tekortkomingen kennen, dienen advies nodig te hebben van de Oemma. Het eerste en tevens beste stap is om hen privé te benaderen en adviseren.

“Wie ook het verlangen heeft om degene met autoriteit te adviseren, dan  moet hij dit niet openlijk doen. Het is beter om hem (de heerser) bij de hand te nemen en naar een afgesloten plaats te brengen (om hem daar te adviseren). En als hij (de heerser) van hem (het advies) accepteert (dan is het goed). Indien hij (de heerser) het advies weigert, dan heeft hij (de adviseur) zijn plicht gedaan.” (Achmed).

Als hij het advies neemt en Islam ten uitvoer brengt zonder fouten, dan is het goed. En als hij het advies niet neemt en Islam ten uitvoer blijft brengen, terwijl hij fouten blijft maken, dan dienen de moslims geduldig te volharden en gehoorzaam te blijven.

“Er zullen leiders komen die mijn leiding niet volgen en die mijn Soenna niet volgen. Er zullen onder hen mannen zijn met harten als duivels in de lichamen van mensen.” Men vroeg de Boodschapper van Allah (saw): “Wat zal ik doen, o de Boodschapper van Allah (saw), als ik die tijd bereik?”. Hij (saw) antwoordde: “Je moet luisteren naar en gehoorzaam zijn aan de heerser, ookal slaat hij jouw rug en neemt hij jouw geld. Luister en gehoorzaam dan nog steeds!” (Moeslim).

Voor wat betreft de heersers die Islam niet implementeren; zij mogen niet gehoorzaamd worden.

“Er is geen gehoorzaamheid tegenover degene die Allah ongehoorzaam is.” (Achmed).

De Boodschapper van Allah (swt) heeft de moslims de plicht gegeven om hem en zijn kwaad tegen te houden en hem te dwingen zich aan Islam te houden.

“Bij Allah, die mijn ziel in Zijn hand houdt, jullie moeten het goede gebieden en het kwade verbieden, en de hand van de onderdrukker vastnemen en hem meeslepen naar de Waarheid en hem vasthouden op de Waarheid, anders zal Allah jullie harten verenigen met die van hen (de onderdrukkers). En dan zal Hij jullie vervloeken, zoals hij de kinderen van Israël heeft vervloekt.” (Aboe Dawoed, At Tirmidhi). En: “(Aboe Bakr zei:) Ik hoorde de Boodschapper van Allah (saw) zeggen: ‘Als de mensen een onrechtvaardige man zien en hem niet vastnemen (en weerhouden van kwaad), dan is het waarschijnlijk dat Allah (swt) hen grijpt met een vergelding van Hem’.” (Aboe Dawoed, At Tirmidhi).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to top button