De afgelopen weken hebben wederom laten zien hoe de waarde van aandelen op de beurs kunnen fluctueren en hoe ver dergelijke fluctuaties eigenlijk staan van de reële waarden van bedrijven. Het aandeel van een in erbarmelijke situatie verkerende Gamespot schoot namelijk met ruim 400 dollar omhoog. Verscheidene investeringsmaatschappijen die op een koersdaling hadden gegokt verloren door de verassende (en extreme) stijging miljarden dollars. Vele particuliere beleggers, voornamelijk gecoördineerd vanuit het Reddit-Forum WallStreetBets, hebben middels massale investeringen ophef gecreëerd en een flinke klap uitgedeeld aan deze hedgefondsen. Inmiddels is de hype uitgeblust en is het aandeel weer fors gezakt naar een waarde van ongeveer 52 dollar[1] per aandeel.
Bovenstaand verhaal is vanuit vele perspectieven behandeld, zoals bijvoorbeeld Wall Street versus kleine particuliere beleggers of de ethiek van de aandelenbeurs en de markt van afgeleide financiële instrumenten. Eerdergenoemde potentie om snel geld te maken is nou eenmaal een aantrekkelijke eigenschap van de (kapitalistische) financiële markt. Tegelijkertijd geeft het ons een aanleiding om in te gaan op het fundament van dergelijke instrumenten en concepten om deze vanuit hun grondslag te beoordelen. Ook dienen wij de goddelijke maatstaven hiertegen te houden om een conclusie te kunnen vellen hoe wij als moslims hiernaar zouden moeten kijken.
Voordat er verder wordt ingezoomd op het islamitisch perspectief is het handig om een goed begrip te hebben van een aantal begrippen en concepten. Een aandeel is een deel van het eigendom van het een bedrijf. Door het kopen van een aandeel krijgt de koper een aantal rechten bij een bedrijf. Deze aandelen kunnen in een private sfeer worden gekocht/verkocht in het geval van een besloten vennootschap of juist in een publieke sfeer wat het geval is bij een naamloze vennootschap. De allereerste uitgifte van aandelen wordt een zogenaamde “ initial public offering (IPO)” genoemd en kenmerkt het moment waarop deze aandelen voor het eerst op de (secundaire) beurs (de aandelenmarkt) terechtkomen. Het bedrijf wat haar aandelen verhandelt kan op deze wijze heel snel aan een groot hoeveelheid geld komen, vooral als de kopers meer betalen dan de intrinsieke waarde van het aandeel. Dit is vooral van toepassing bij veelbelovende (en technologisch) innovatieve bedrijven. Voorbeelden uit de recente geschiedenis betreffen Facebook, Google, Tesla etcetera.
Na deze initiële uitgifte kan in- en verkoop van deze aandelen plaatsvinden op de aandelenmarkt. Er is dan sprake van een relatie tussen de winstgevendheid van een bedrijf en de waarde op de aandelenmarkt, maar vele voorbeelden waaronder die van Gamestop laten zien dat dit niet in steen geschreven staat. Gamestop maakte namelijk al sinds 2018 verliezen[2] en een aanhoudend verlies zal uiteindelijk leiden tot het niet meer in staat zijn tot het uitkeren van dividenden aan haar aandeelhouders. Desondanks zien wij dat hypes de kracht hebben om een omgekeerd verband te doen ontstaan tussen de daadwerkelijke situatie van een bedrijf versus de marktwaarde ervan.
Dit dwingt ons om na te denken over het concept van virtuele versus reële economieën en intrinsieke versus fictief ontstane/gecreëerde waarde. Dit is een fenomeen wat het licht heeft gezien in het kapitalistisch economisch stelsel en keer op keer heeft laten zien hoe het ‘waarde’ kan creëren door alleen speculatie, marketing en insider informatie, maar aan de andere kant ook waarde kan laten verdwijnen als sneeuw voor de zon.
Bij het op zoek gaan naar een islamitische uitspraak over het investeren in aandelen komt men een aantal verschillende perspectieven tegen. Volgens bepaalde geleerden is het toegestaan mits er geen sprake is van haraam (verboden) activiteiten in desbetreffende organisatie waar de aandelen van aangeschaft worden[3]. Onder haraam zaken vallen onder andere het betrokken zijn met rente, alcohol, kansspelen en dergelijke zaken die klaarblijkelijk verboden zijn vanuit islam. Deze mening leidt in essentie tot uitsluiting van wellicht alle beursgenoteerde ondernemingen, aangezien deze allen leningen (waar rentebetalingen op plaatsvinden) zijn aangegaan of hebben uitgegeven.
Op het moment dat je erachter komt dat een bedrijf waarin je geïnvesteerd hebt betrokken is bij haraam-verklaarde activiteiten dan dient men zich zo snel mogelijk terug te trekken en dient diegene de hierop gemaakte winsten weg te geven aan de armen en behoeftigen.
Dan is er ook het perspectief van de welbekende Islamic Finance specialist Mufti Taqi Usmani die stelt dat het toegestaan is mits de primaire (kern) activiteiten van de organisatie islamitisch geaccepteerd zijn (halal). Mocht het bedrijf leningen aangaan waar rente op betaald dient te worden of als er andere rentegerelateerde activiteiten plaatsvinden dan dienen de aandeelhouders hun afkeuring hierover uit te spreken in de aandeelhoudersvergaderingen[4]. Op het moment dat een moslim zijn of haar dividend ontvangt dan dient diegene na te gaan hoeveel van de winstdeling afkomstig is van resultaten op bijvoorbeeld rentebaten en dit deel van het dividend dient dan aan een charitatief doel geschonken te worden. Je kan je voorstellen dat dit een moeilijke exercitie is en dat je hiervoor ook wel kaas moet hebben gegeten hoe je überhaupt een dergelijke berekening kan maken.
Verder zijn er ook meningen die verschillende percentages erop nahouden met betrekking tot de verhouding tussen de activa van organisaties en de schulden die zij op hun balansen hebben staan (de zogenaamde debt-to-equity ratio)[5]. Hierbij wordt er ook aangegeven dat organisaties beoordeeld dienen te worden op het percentage rentegerelateerde activiteiten (uitgedrukt in waarde) versus de totale waarde van alle (wel islamitisch geaccepteerde, oftewel halal) activiteiten. Verschillende toegestane verhoudingen worden hierbij genoemd. Een vreemde verschijning qua uitspraak gezien het mengen van de halaal en de haraam de facto al zou moeten leiden tot de conclusie dat iets islamitisch gezien niet door de beugel kan.
Een uitgebreide analyse van de secundaire markt (de beurzen/ stock-markets) ontbreekt bij bovenstaande uitspraken, evenals een kritische analyse van de consequentie van dergelijke uitspraken. Men moet rekening houden met elementen zoals rechtsvormen van organisaties, direct contact tussen de oprichters van een bedrijf en degenen die hier als stille vennoten (oftewel aandeelhouders) in willen investeren. Maar ook de inherente aard van de secundaire (beurs) markt waar speculatie, misinformatie en insider trading de normaalste gang van zaken betreffen en de feitelijke loskoppeling van de waarde van de aandelen die verhandeld worden op de beurs en de reële waarde van deze zelfde corporaties dienen goed geanalyseerd te worden.
Bij elk van bovenstaande onderwerpen komt men bezwaren tegen vanuit islamitisch perspectief. Het concept van bijvoorbeeld een rechtspersoon versus een natuurlijk persoon is islamitisch gezien niet toegestaan. Het inbouwen van kunstmatige waarborgmaatregelen om zichzelf in te dekken tegen wanbestuur druist namelijk in tegen het concept van het ter verantwoording roepen van de onrechtplegers. Binnen islam is de definitie van een bedrijf namelijk “een contract tussen twee of meer personen, waarin zij afspreken arbeid te verrichten met de intentie om winst te vergaren. Het is een contract tussen twee of meer personen, waarbij eenzijdige acceptatie van eigenaarschap (wat plaatsvindt op de beurs waarbij er geen directe communicatie plaatsvindt tussen het management/grootaandeelhouders en diegene die aandelen in- en/of verkoopt) onacceptabel is[6].
Verder zijn de volatiele aard van de beurs, de mogelijkheid om de markt te manipuleren (wat kan zorgen voor een “onterecht” extreme stijging) waardoor de waarde van een organisatie op de markt (marktkapitalisatie) versus de reële waarde een groter verschil beginnen te vertonen, ook belangrijke aspecten die in acht genomen dienen te worden. Bij zulke grote verschillen tussen markt- en reële waarde is het enkel nog wachten tot de bubbel barst waarbij er dan een handvol opportunisten extreme winsten kunnen maken op andermans verlies (in aandeelwaarde).
Bovenstaande elementen zijn genoeg om de moslims in ieder geval in staat te stellen een kritische noot te plaatsen bij het aanschaffen van aandelen op de secundaire markt, laat staan het handelen erin. De bovenstaande elementen genoemd in het boek “het economisch systeem van islam”, leiden tot de conclusie dat het bezitten en handelen in aandelen op de secundaire markt absoluut niet is toegestaan[7]. Als moslims dienen wij verder te kijken dan de potentiële winsten die op korte termijn verwezenlijkt kunnen worden. Wij dienen al onze handelingen te toetsen aan de goddelijke maatstaven nedergezonden door Allah (swt). In een volgend artikel over dit onderwerp zullen wij in shaa Allah ingaan op de verscheidene mogelijkheden om als moslimondernemer door islam toegestane activiteiten te bedrijven.
[1] https://www.marketwatch.com/investing/stock/gme
[2] https://www.macrotrends.net/stocks/charts/GME/gamestop/net-income
[3] Fataawa al-Lajnah ad-Daa’imah, 14/299 (Shaykh ‘Abd al-‘Azeez ibn ‘Abdullah ibn Baaz, Shaykh ‘Abd ar-Razzaaq ‘Afeefi, Shaykh ‘Abdullah ibn Ghadyaan, Shaykh Saalih al-Fawzaan, Shaykh ‘Abd al-‘Azeez Aal ash-Shaykh, Shaykh Bakr Abu Zayd)
[4] Usmani, M.T. 2010. Principles of Shariah Governing Islamic Investment Funds, (online) http://www.albalagh.net/Islamic_economics/finance.shtml; 14 Februari 2021.
[5] Butt, M.Z. 2014. Research Paper on Investment in Stocks and Shares. Al-Qalam Shariah Scholar Panel. Bolton, UK. http://alqalam.org.uk/research-papers/investment-in-stocks-and-shares/, 14 Februari 2021.
[6] Sh. An-Nabhani, T. (2008), the Economic System of Islam, zesde editie, p. 175-191.
[7] Sh. An-Nabhani, T. (2008), the Economic System of Islam, zesde editie, p. 175-191.