Dat Europa net zoals Amerika in een economische crisis verkeren kan niemand gemist hebben. De schuldproblemen van verschillende Europese Unie-landen, zoals Ierland, Griekenland en Italië, zijn immers dagelijks in het nieuws. Maar er is ook het feit dat de statistieken waarvan men zegt dat ze inzicht geven in de gezondheid van een economie – zoals de groei van de economie, de export- en importcijfers, het werkeloosheidspercentage, de koopkrachtontwikkeling, en het consumenten- en producentenvertrouwen – tegenwoordig een centrale rol spelen in ieder nieuwsoverzicht, waar ze eerder hoogstens een rol speelden in het korte “economisch nieuwsoverzicht” tegen het einde van het journaal. Men wordt tegenwoordig zelfs geïnformeerd over wanneer precies weer nieuwe statistieken naar buiten komen, waarbij dan de “verwachtingen van de markt” betreffende deze statistieken uiteengezet wordt: “Morgen komen nieuwe werkeloosheidscijfers uit Amerika, en de verwachting is dat…”. En volgend op de daadwerkelijke vrijgave van de statistiek is er dan feitelijk geen mediakanaal dat hen niet uitgebreid laat analyseren door een “expert”. De toon van al dit nieuws, ten slotte, is doorgaans zorgelijk. Wat aangeeft dat de interesse in de economie niet ingegeven is door grote successen die worden geboekt, maar door grote zorgen voor de toekomst.
Veel mensen vinden het moeilijk om het economische nieuws te begrijpen. Omdat momenteel zo veel verschillende zaken door elkaar spelen die allemaal verschillende dingen tot gevolg kunnen hebben, zullen veel mensen moeite hebben om de huidige economische situatie te doorzien. Dit artikel zal daarom proberen de verschillende zaken op een rijtje te zetten. Om daarna een blik in de toekomst te werpen en te kijken wat zij allemaal kunnen veroorzaken.
Oorsprong en essentie van de huidige crisis
De huidige economische crisis is onlosmakelijk verbonden met de kredietcrisis die begon in 2007. Toen kwamen verschillende banken in Amerika en Europa naar buiten met nieuws over grote afschrijvingen op hun bezittingen aan hypotheekschuld. Deze bezittingen waren in korte tijd namelijk waardeloos geworden omdat veel Amerikanen de verplichtingen over hun hyotheekschuld – rente en aflossing – niet meer na konden komen. Dit bracht een schokgolf teweeg op de internationale financiële markten, die in 2008 feitelijk al de banken en overige financiële instelling in Amerika en West-Europa tot aan de rand van een bankroet bracht. En sommigen, zoals Fortis en Lehman Brothers, zelfs tot over deze rand. Omdat vooral de banken een centrale rol spelen in de kapitalistische economieën, grepen de centrale banken en overheden van Amerika en Europa op dat moment in. Alhoewel dit tegen de principes van hun economische theorieën (“vrije markt”) inging, gaven ze de deelnemers op de financiële markten grote sommen geld om hun bankroet te voorkomen (figuur 1). Zo werd inderdaad een ondergang van de wereldeconomie voorkomen.
Figuur 1: Overzicht van de geheime leningen door de Amerikaanse centrale bank de Federal Reserve aan financiële instellingen rond de wereld, op het hoogtepunt van de kredietcrisis. [1]
Maar, om deze reddingsoperatie te kunnen bekostigen moesten de overheden van Amerika en Europa grote bedragen lenen. De staatschuld van zowel Amerika als Europa steeg hierdoor in korte tijd aanzienlijk (figuur 2). Het schuldprobleem werd dus feitelijk verlegd van banken en andere financiële instellingen in Amerika en Europa, naar de overheden van Amerika en Europa.
Figuur 2: De staatsschuld van de VS en de EU landen als % van het Bruto Binnenlands Product (BBP), sinds 2001. [2]
Het gevolg van de hogere staatsschuld is dat de Amerikaanse en Europese overheden nu een groter deel van hun inkomen moeten uitgeven aan rente en afbetaling over schuld. Waardoor minder geld overblijft voor andere uitgaven zoals sociale zekerheid en onderwijs. Hierdoor is een zeer moeilijke economische situatie ontstaan die feitelijk alle deelnemers aan de economie raakt.
De kredietcrisis van 2007 maakte duidelijk dat de Amerikaanse economie op dat moment reeds in grote problemen verkeerde. Veel mensen in de Amerikaanse economie leefden met te grote schulden omdat zij lange tijd hun consumptie hadden gefinancierd door middel van leningen. Ze leefden feitelijk ver boven hun stand. Het gevolg hiervan was dat een steeds groter deel van hun inkomen uitgegeven moest worden aan rente en aflossing op schuld. Maar de invloed die dit normaal gesproken heeft op de economie – lagere uitgaven aan de benodigdheden van het leven en luxe, waardoor de productie afneemt, waardoor het inkomen daalt, oftewel economische krimp – werd verborgen door ieder jaar meer te lenen. Men leende gewoon ieder jaar extra om de rente en aflossing te kunnen betalen en om weer extra te kunnen consumeren.
Figuur 3: De groei van de Amerikaanse economie over de periode 1990 – 2008, zowel het officiële getal als het getal gecorrigeerd voor de groei in de schuld van Amerikaanse huishoudens. [3]
Er bestond dus een grote bubbel in de Amerikaanse economie. Toen dit in 2007 algemeen bekend werd doordat alsmaar meer mensen in Amerika de verplichtingen over hun schulden niet meer na konden komen, bracht dit niet enkel de financiële wereld – degenen aan wie de rente en aflossing op schuld betaald moest worden – in problemen. Ook de echte economie waar goederen en diensten geproduceerd en verhandeld worden werd hierdoor hard geraakt. (De Amerikanen zelf gebruiken in dit verband vaak de aanduiding Wall Street voor de financiële wereld omdat de meeste banken in Amerika daar hun hoofdkantoor hebben, en Main Street voor de echte economie). De echte economie had immers geprofiteerd van de alsmaar hogere schuld van de mensen doordat de mensen de leningen gebruikt hadden om hun goederen en diensten te kopen.
Dus toen de Amerikaanse banken geconfronteerd werden met grote groepen wanbetalers, en zij als vanzelfsprekend hierop reageerden door minder nieuwe leningen uit te geven, kwam Main Street in de problemen. Ten eerste omdat wanneer mensen de verplichtingen over hun schulden niet meer na kunnen komen zij natuurlijk ook niet meer kunnen investeren in zaken als een nieuwe auto, een verbouwing van het huis, leuke vakanties of de nieuwste mode. En ten tweede omdat mensen die nog wel wilden investeren een nieuwe auto, een verbouwing van het huis, leuke vakanties of de nieuwste mode, hiervoor geen lening meer konden krijgen bij de banken. Main Street begon daarom mensen te ontslaan en investeringen uit te stellen. En de Amerikaanse economie kwam zo in een vicieuze cirkel van lagere uitgaven aan de benodigdheden van het leven en luxe, gevolgd door ontslagen en lagere uitgaven aan investeringen, gevolgd door lagere uitgaven aan de benodigdheden van het leven en luxe, enzovoorts, waardoor de economische groei van de eerdere jaren werd omgebogen in economische krimp.
In Europa gebeurde iets soortgelijks. In Europa werden banken eveneens voorzichtiger met het uitlenen van geld waardoor ook in Europa alsmaar meer mensen gedwongen werden om te bezuinigen op uitgaven aan huizen, auto’s, intererieur, kleding, enzovoorts. De economische groei van ook Europa werd hierdoor minder. Maar, de economische problemen in Amerika zorgden er ook voor dat de exporten vanuit Europa naar Amerika verminderden. Dit werkte eveneens als een rem op de economische groei van Europa. En evenals in Amerika reageerden veel Europese bedrijven hierop door mensen te ontslaan waardoor ook Europa in de vicieuze cirkel raakte van alsmaar lagere uitgaven aan de benodigdheden van het leven en luxe, en dus alsmaar meer ontslagen en lagere investeringen, enzovoorts, en dus alsmaar minder economische groei.
Het economisch beleid van Amerika en Europa in reactie op de economische crisis
Amerika en Europa probeerden in eerste instantie de lagere uitgaven aan de benodigdheden van het leven en luxe door mensen en de lagere uitgaven aan investeringen door bedrijven te compenseren door verhoging van de staatsuitgaven. De bonus die zowel de Amerikaanse als veel Europese regeringen gaven voor het inruilen van een oude auto, op voorwaarde dat men een nieuwe auto kocht, was bijvoorbeeld bedoeld om de mensen te motiveren een nieuwe auto te kopen zodat de autoindustrie geholpen zou worden. En de tijdelijke verlaging van de belasting op de aankoop van een huis in Amerika en Nederland was bedoeld om de huizenmarkt te helpen. De Amerikaanse overheid ging nog verder dan dit en begon tevens haar stelsel van sociale verzekeringen uit te bouwen en (nog) meer aan defensie uit te geven.
De Amerikanen zijn tot op de dag van vandaag doorgegaan met dit beleid waaronder de overheid het veranderde gedrag van mensen en bedrijven probeert te compenseren. En Amerika maakt dit mogelijk door alsmaar meer te lenen. De Amerikaanse staatsschuld is hierdoor explosief blijven stijgen ook na de kredietcrisis (figuur 4). Het is hierbij belangrijk om op te merken dat de Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve, de belangrijkste uitlener is geworden voor de Amerikaanse overheid. Waar in het verleden de Amerikaanse overheid vooral leende van internationale investeerders, daar leent het tegenwoordig vooral van de Federal Reserve. Wat dus feitelijk gebeurd is dat de Federal Reserve extra dollars print, om deze vervolgens uit te lenen aan de Amerikaanse overheid.
Europa, daarentegen, stopte al snel met de extra overheidsuitgaven. Al snel nadat de rust terug was teruggekeerd op de financiële markten verschoof in Europa de focus naar het onder controle brengen van de hogere staatsschuld. De Europese overheden begonnen daarom extra te bezuinigen om de rente en aflossing over de verhoogde schuld te kunnen betalen en om deze schuld weer terug te dringen naar het niveau van voor de kredietcrisis.
Een belangrijke reden hiervoor was dat veel Europese landen hun staatsschuld simpelweg niet zoals Amerika verder konden verhogen. Kort na de kredietcrisis bleek bijvoorbeeld dat de Griekse staatsschuld in werkelijkheid veel hoger was dan tot dan toe altijd was aangenomen. De Grieken hadden met behulp van de Amerikaanse bank Goldman Sachs hun schuldpositie lange tijd kunstmatig laag gehouden. [4] Toen dit bekend werd, waren internationale investeerders niet langer bereid om de Grieken geld te lenen. Dit uitte zich in alsmaar hoger wordende rentevoeten op Griekse leningen. Ter indicatie, kon de Griekse regering eind 2009 nog leningen met een looptijd van 2 jaar aan gaan tegen 4,2% rente, daar moet het nu voor dezelfde leningen 76,7% rente betalen. [5]
Iets soortgelijks speelde zich af in Ierland. Tijdens de kredietcrisis had de Ierse overheid zoveel geld uitgegeven aan het ondersteunen van haar banken dat de Ierse staatsschuld zo groot geworden was – in 2006 was deze omstreeks 25% van het BBP, in 2011 was deze opgelope tot omstreeks 96% van het BBP [6] – dat de internationale investeerders begonnen te twijfelen of Ierland de verplichtingen over haar schulden nog na zou kunnen komen. Ook Ierland werd zo geconfronteerd met de situatie dat mensen niet langer bereid waren om geld aan haar te lenen.
De Europese Unie heeft hierop gereageerd door Griekenland en Ierland steun aan te bieden. De Europese landen zonder acute schuldproblemen hebben zelf extra geld geleend om dit vervolgens uit te lenen aan Griekenland en Ierland. En de Europese Centrale Bank heeft extra geld gedrukt en dit vervolgens uitgeleend aan Griekenland en Ierland. Dit proces heeft zich overigens al een aantal keer herhaald, omdat vooral Griekenland iedere keer weer extra leningen nodig bleek te hebben.
Figuur 4: Het overheidstekort van de VS en de EU als % van het Bruto Binnenlands Product (BBP), sinds 2006. [7]
De problemen in de Europese economie zijn door het op schuldreductie gebaseerde beleid van Europa meer zichtbaar geworden dan de problemen in de Amerikaanse economie. Want in Europa wordt het probleem dat veel mensen minder uit te geven hebben omdat ze minder kunnen lenen en omdat velen hun baan zijn kwijtgeraakt versterkt door zware bezuinigingen bij de overheden. Terwijl in Amerika het probleem dat veel mensen minder uit te geven hebben omdat ze minder kunnen lenen en omdat velen hun baan zijn kwijtgeraakt wordt gecamoufleerd door sterk hogere uitgaven van de overheid.
Gevaren in het huidige economisch beleid van Amerika
De Amerikaanse overheid hoopt dat haar huidige beleid de Amerikaanse economie weer op gang zal helpen. En als de economie dan weer op gang is dan zal ook zij haar uitgaven terugschroeven om de nu torenhoge staatsschuld weer te doen dalen. Hoe realistisch dit plan is, is twijfelachtig.
Het is ondertussen al drie jaar, namelijk, dat de Amerikaanse overheid dit expansionistisch economisch beleid voert. Maar van enige opleving in de economie is vooralsnog geen sprake. Bijvoorbeeld, terwijl de werkloosheid in Amerika historisch hoog is, werden in de maand augustus 2011 geen nieuwe banen gecreëerd in de Amerikaanse economie. [8] Dit betekent dat de economie volledig stilstaat. President Obama probeert het Amerikaanse congres er daarom toe te bewegen een nog verdere extra uitgave van $450 miljard te doen om nieuwe banen te creëeren. [9] Bovendien, wat al de overheidsuitgaven ter stimulering van de economie vooralsnog enkel gedaan hebben, is de inkomensongelijkheid vergroten. Het aantal “High Net Worth Individuals” is ondertussen alweer hoger dan voor de kredietcrisis. [10] Terwijl een recordaantal Amerikanen nu onder de armoede grens leeft: 46,2 miljoen mensen, oftewel 15,1% van de Amerikaanse bevolking. [11] Het is daarom meest waarschijnlijk dat de Amerikaanse overheid haar uitgaven terug zal moeten schroeven op een moment dat de economie nog niet terug opgestart is, de werkeloosheid nog altijd hoog is, en verreweg het grootste deel van de Amerikanen noch altijd met grote financiële problemen kampt.
Maar wanneer precies zal de Amerikaanse overheid haar uitgaven moeten doen laten afnemen? Zoals uitgelegd leent de Amerikaanse overheid momenteel hoofdzakelijk van de Federal Reserve. En dit betekent dat er vanuit niets extra geld gemaakt wordt, wat de Amerikaanse overheid vervolgens uitgeeft. De technische term hiervoor is “Quantitative Easing (QE)”. Normaal gesproken heeft een toename van de geldhoeveel inflatie ten gevolg. Maar altijd pas na een bepaalde tijd, op het moment dat de mensen zich realiseren dat er alsmaar meer geld in omloop wordt gebracht en zij dus inzien dat het geld alsmaar minder waard wordt. Inflatie is, als het zich voordoet, een probleem in iedere economie, vooral omdat erdoor het reële loon omlaag gaat (prijzen stijgen sneller dan lonen). Inflatie zorgt dus voor verarming van de mensen.
Maar omdat Amerika veel in het buitenland koopt en deze aankopen met dollars kan betalen, verdwijnt een groot deel van de extra gedrukte dollars momenteel naar het buitenland. Die worden daar grotendeels opgepot. China, bijvoorbeeld, bezit momenteel meer dan $3 biljoen Amerikaanse dollars. [12] Dit betekent dat de Amerikaanse economie nog niet veel merkt van de toegenomen geldvoorraad – veel van de extra dollars circuleren immers niet in Amerika. De echte vraag is dus: wanneer zullen buitenlanders niet langer dollars accepteren, omdat zij weten dat dezen snel alsmaar minder waard worden? Want vanaf dat moment zal de Amerikaanse overheid niet meer kunnen lenen van de Federal Reserve omdat ze met deze dollars dan toch bijna niets meer zal kunnen kopen.
Dit moment zal verstrekkende gevolgen hebben voor de Amerikaanse economie. Als het buitenland geen dollars meer accepteert dan zal Amerika niet meer kunnen kopen in het buitenland zonder eerst te verkopen. Als het buitenland geen dollars meer accepteert dan zal Amerika eerst aan het buitenland moeten verkopen om buitenlandse valuta te verdienen voordat het in het buitenland zal kunnen kopen. Maar Amerika verkoopt momenteel veel minder aan het buitenland dan het aankoopt. En het is onmogelijk om op de korte termijn veel meer te verkopen aan het buitenand dan nu het geval is. Dus zal Amerika, als het buitenland eenmaal geen dollars meer accepteert, veel minder kunnen kopen in het buitenland, waaronder olie en gas! Massale armoede zoals ten tijde van de Grote Depressie van 1929 zal dan wederom realiteit worden in Amerika. [13]
Er zijn al aanwijzingen dat het buitenland langzaam maar zeker van haar dollars af wil. China, bijvoorbeeld, probeert langzaam maar zeker haar dollarreserves te verminderen ten gunste van andere munten en goud. [14] Maar China kan dit niet te snel doen. Want als ze dit snel doet, dan zal de waarde van de dollar direct dalen. En omdat China zoveel dollars heeft zal dit niet enkel Amerika maar ook China zelf ontzettend pijn doen. Een ineenstorting van de dollar moet daarom niet op korte termijn verwacht worden, maar behoort op de middellange termijn – 3 tot 5 jaar – zeker tot de mogelijkheden.
In samenvatting, de vooruitzichten voor de Amerikaanse economie zijn slecht. De economie is momenteel slecht met veel armoede ten gevolg. En de pogingen van de Amerikaanse overheid om de economie op gang te helpen zijn vooralsnog allemaal mislukt. Dus op het moment dat Amerika stopt met de extra overheidsuitgaven zal de economie sterk krimpen. Bovendien heeft het expansionistisch overheidsbeleid de kans op inflatie sterk laten toenemen. Oftewel, het heeft de economie niet beter gemaakt maar een extra ziekte gegeven. Hoe veel meer zwak deze nieuwe ziekte de Amerikaanse economie zal maken is afhankelijk van omstandigheden. Maar de mogelijkheid bestaat dat de dollar niet meer voor internationale handel geaccepteerd zal worden, wat desastreuze gevolgen voor Amerika zou hebben – de patiënt zou effectief overlijden.
Gevaren in het huidige economisch beleid van Europa
De meeste Europese landen zijn al begonnen met het verminderen van hun uitgaven. Het is onvermijdelijk dat dit de economische groei van Europa zal doen afnemen. Maar het is zelfs mogelijk dat dit zal resulteren in een economische krimp.
Ondertussen staat veel landen het water al aan de lippen. Betreffende Griekenland lijkt het bijna zeker dat het binnenkort niet meer aan zijn betalinsgverplichtingen zal kunnen voldoen, ook al is het reeds twee maal met miljarden euro’s geholpen. [15] Deze steun voor Griekenland heeft echter als vervelend bij-effect gehad dat de internationale beleggers de Europese Unie nu proberen te dwingen om ook andere landen te hulp te schieten. Want hulp van de Europese Unie garandeerd feitelijk dat de internationale beleggers hun geld terug zullen krijgen. Dus er wordt nu gesproken over mogelijke problemen in Spanje, Portugal, België, Italië en Frankrijk… Er zijn verschillende manieren waarop internationale beleggers dit kunnen doen. Bijvoorbeeld kunnen zij speculeren tegen de staatschuld van een land. Oftewel, zij kunnen erop wedden dat een land op een bepaald moment in de toekomst niet meer aan zijn betalinsgverplichtingen zal kunnen voldoen. Frankrijk, Italië, België, Griekenland en Spanje hebben daarom “short-selling” verboden, om deze speculatie tegen te gaan. Maar zij kunnen ook simpelweg weigeren om nieuwe leningen uit te geven. Of enkel tegen hogere rentes. De pogingen van Europa om de acute schuldproblemen van landen op te lossen door noodhulp, heeft zo verschillende andere landen dichter bij problemen gebracht.
Wat zou er gebeuren als een land niet meer aan zijn betalinsgverplichtingen kan voldoen? Als Griekenland haar verplichtingen niet nakomt zal het uit de euro moeten stappen. Griekenland zal dan terugmoeten naar de drachme. Die zal meest waarschijnlijk direct snel minder waard worden waardoor buitenlandse producten voor de Grieken veel duurder zullen worden. Het zal dus armoede veroorzaken omdat voor de Grieken alles duurder zal worden en zij dus minder zullen kunnen kopen. Maar, de Griekse regering zal na een “default” ook geen geld meer kunnen lenen. Dus het zal de overheidsuitgaven sterk moeten terugdringen wat de Griekse economie verder zal verzwakken. Het zal dus grote armoede veroorzaken in Griekenland.
Als een land uit de euro stapt zal het vertrouwen in deze euro ook afnemen. Omdat fiat geld zoals de euro gebaseerd is op vertrouwen zal dit ten gevolge hebben dat de waarde van de euro afneemt ten opzichte van andere munten. Dit zal op korte termijn de export helpen en dus landen met veel export naar buiten Europa zoals Nederland en Duitsland helpen. Maar het zal ook de import van olie en gas veel duurder maken, wat uiteindelijk door heel de economie gevoeld zal worden.
Bovendien, de Europese banken hebben miljarden leningen uitstaan bij Griekenland. Dus als Griekenland besluit om de verplichtingen hierover niet na te komen, dan zullen deze banken in de problemen komen precies zoals ze ten tijde van de kredietcrisis van 2007 in de problemen kwamen. Of nog meer. Niemand weet precies hoe erg dit zal zijn voor de Europese banken omdat heel veel mechanismen op de financiële markten zo complex zijn geworden dat ze door niemand meer compleet begrepen worden. Wat wel grotendeels zeker is, echter, is dat ditmaal de Europese landen niet de mogelijkheid zullen hebben om hun banken te helpen. De schulden van de Europese overheden zijn al te hoog en niemand zou de Europese overheden nog extra geld willen lenen om deze steun mogelijk te maken. En lenen bij de Europese Centrale Bank zou, net zoals in het geval van de Amerikaanse overheid die leent bij de Federal Reserve, betekenen dat inflatie sterk aangewakkerd wordt. Met alle gevolgen van dien. Een Griekse default zou dus complete ineenstorting van de Europese economie kunnen betekenen, omdat dit het faillissement van de Europese banken zou kunnen betekenen.
Figuur 5: Overzicht van het risico dat Europese landen lopen op Griekse schuld, zowel Griekse staatsschuld en schuld van overige Griekse instellingen (banken, regionale overheden, et cetera). [16]
Dit zou ook complete ineenstorting van de euro veroorzaken. Al de Europese landen zullen dan terug moeten naar hun eigen munt. Lenen zal hierdoor duurder worden voor de meesten van hen, omdat zij als zelfstandige meer risicovol worden geacht dan als lid van de EU. En intra-EU handel zal ook sterk afnemen omdat er weer een wisselkoers risico zal ontstaan. Een ineenstorting van de euro zal de economie van al de Europese landen op tenminste één van deze manieren ernstig verzwakken.
[1] Bloomberg: “Wall Street aristocracy got 1.2 trillion in FED secret loans”, www.bloomberg.com/news/2011-08-21/wall-street-aristocracy-got-1-2-trillion-in-fed-s-secret-loans.html [2] Voor de VS www.en.wikipedia.org/wiki/United_States_public_debt; en voor de EU: Europese Centrale Bank, Statistical Warehouse, http://www.sdw.ecb.europa.eu/ [3] http://www.economagic.com/ [4] Der Spiegel: “How Goldman Sachs Helped Greece to Mask its True Debt”, www.spiegel.de/international/europe/0,1518,676634,00.html [5] Data van 13 september 2011. www.bloomberg.com/apps/quote?ticker=GGGB2YR:IND [6] www.nl.wikipedia.org/wiki/Europese_staatsschuldencrisis [7] Voor de VS http://www.usgovernmentspending.com/; en voor de EU: www.nl.wikipedia.org/wiki/Europese_staatsschuldencrisis [8] The Guardian: “US unemployment figures shock with no job growth in August”, www.guardian.co.uk/business/2011/sep/02/us-unemployment-no-job-growth [9] Bloomberg: “Obama to Send Congress $447B Jobs Package”, www.bloomberg.com/news/2011-09-11/obama-said-to-plan-sending-447-billion-jobs-bills-to-congress-tomorrow.html [10] The Guardian: “Worlds wealthiest people now richer than before the credit crunch”, www.guardian.co.uk/business/2011/jun/22/worlds-wealthiest-people-now-richer-than-before-the-credit-crunch [11] The Huffington Post: “U.S. Poverty Rate Climbed To 15.1 Percent Last Year, Total Number Hit All-Time Record”, www.huffingtonpost.com/2011/09/13/us-poverty-rate-2011_n_959936.html [12] NuZakelijk: “Valutareserves China ruim 3 biljoen dollar”, www.nuzakelijk.nl/algemeen/2492232/valutareserves-china-ruim-3-biljoen-dollar.html [13] Voor meer detail over hoe precies dit werkt, zie: “Geld, Olie en Macht”, www.expliciet.nl/content/view/711/85 [14] New York Times: “China Urges New Money Reserve to Replace Dollar”, www.nytimes.com/2009/03/24/world/asia/24china.html [15] De Volkskrant: “Topoverleg over schuldencrisis”, www.volkskrant.nl/vk/nl/2680/Economie/article/detail/2904660/2011/09/14/Topoverleg-over-schuldencrisis.dhtml [16] The Telegraph: “The countries most exposed to Greek debt”, www.telegraph.co.uk/finance/economics/8578337/The-countries-most-exposed-to-Greek-debt.html